Veranderingen in het eigen leven, het leven van anderen en/of de samenleving, leiden alleen dàn tot effectieve en duurzame verbeteringen wanneer die veranderingen in lijn zijn met de natuurlijke eenheid van het leven.
De mensheid is nu al een aantal jaren intensief bezig met een transformatieproces.
Een proces dat nodig is om het dagelijkse leven weer in lijn te
brengen met de innerlijke samenhang die het leven van nature heeft.
Mensen zijn hun leven vorm gaan geven zonder rekening te houden met de samenhang tussen alle levens.
Niet opzettelijk, maar gewoon omdat de mens die samenhang niet kon waarnemen.
De huidige samenlevingen zijn erop gericht de mens zo goed mogelijk te beschermen tegen alles
dat de eigen manier van leven bedreigt. Dus ook veranderingen die de samenhang van het leven
moeten herstellen.
Transformatie van de samenlevingen is noodzakelijk om alle levens weer op elkaar af te stemmen
en om de innerlijke samenhang van het leven te herstellen.
Het natuurlijke leven bestaat uit een zichtbaar, tastbaar deel en een onzichtbaar,
niet-tastbaar deel.
Het zichtbare deel, de fysieke wereld, bevindt zich in een door tijd en
ruimte bepaald gebied.
Het onzichtbare deel bevindt zich buiten dit gebied.
In het begin van zijn bestaan kende de mensheid alleen het zichtbare deel, omdat het menselijk lichaam nog niet volgroeid was en daarom geen mogelijkheden had om het onzichtbare deel van zichzelf te leren kennen. Daar waren nog veel evolutionaire cycli voor nodig.
De huidige samenlevingen hebben hun oorsprong in die begintijd van de mensheid en houden daarom slechts rekening met het zichtbare deel van het leven.
Na verloop van tijd heeft de mensheid ook wel kennis gemaakt met het onzichtbare deel van het
leven, maar dat heeft nooit geleid tot adequate veranderingen in de samenlevingen.
De mens heeft zich namelijk nooit gerealiseerd dat een mens zelf óók bestaat uit een
onzichtbaar deel naast het zichtbare deel. De mens heeft dit deel van zichzelf nooit (h)erkend.
Integendeel, de mens heeft het onzichtbare deel van het natuurlijke leven in
zijn totaliteit verklaard tot het domein van God en daarmee ontoegankelijk
voor de mens. (Op een enkele uitverkorene, boodschapper of plaatsvervanger van God na.)
Dàt idee is in de samenlevingen verwerkt en vormt daarmee een beperking
voor de verdere ontwikkeling van de mens.
Inmiddels is het menselijk lichaam evolutionair gezien volgroeid. De samenlevingen moeten nu worden aangepast op deze evolutionaire levensfase van de mensheid, zodat ze weer in lijn zijn met de natuurlijke evolutie van het leven.
De constructie van het menselijk lichaam maakt het mogelijk zowel het
zichtbare deel (Mens) als het onzichtbare deel van de mens (Geest) volledig
te omvatten en vanuit beide gebieden te functioneren.
Om het onzichtbare en het zichtbare deel met elkaar in verband te kunnen brengen
is er een derde deel, een tussengebied, dat beide gebieden
kan omvatten (Ziel). Hierdoor ontstaat een samenwerkend geheel.
In het begin omvat het lichaam van de mens alleen het zichtbare gedeelte
van zichzelf, de Mens.
De Mens is daardoor afgescheiden van zijn Ziel en
Geest.
Mens, Ziel en Geest maken daardoor eerst een eigen ontwikkeling door,
onafhankelijk van de ontwikkeling van de andere delen.
Het nut hiervan is dat
de afzonderlijke delen zichzelf en hun bereik volledig kunnen leren kennen
voordat ze samen als geïntegreerd geheel gaan functioneren.
Dit is een
belangrijk principe in de evolutie van het leven.
Iedere nieuwe mogelijkheid
wordt eerst afzonderlijk verkend om daarna pas gebruikt te worden in
samenhang met de reeds aanwezige mogelijkheden.
Via een transformatieproces kan de mens ook de andere gebieden gaan omvatten.
Dit gaat in twee stappen.
Eerst wordt het tussengebied (Ziel) omvat; de
afgescheiden mens
transformeert dan in een bezield mens.
Daarna kan ook het gebied buiten tijd
en ruimte (Geest) worden omvat; de bezielde mens transformeert dan in een bewust
bezield mens.
Het plaatje hieronder brengt dit transformatieproces in beeld:
De mens kent nu dus drie versies, drie ontwikkelingsstadia.
De verschillen tussen de diverse ontwikkelingsstadia zijn vergelijkbaar met
de verschillen tussen larve en insect, rups en vlinder, kikkervisje en
kikker.
Bij de mens zijn deze verschillen echter niet aan de buitenkant zichtbaar. De uiterlijke verschijningsvorm van de mens blijft onveranderd. Dit maakt herkenning van het ontwikkelingsstadium lastig.
En net als alle voorgaande modellen van het fysieke lichaam (dieren, vissen,
planten, bacteriën, ....) zijn alle drie de ontwikkelingsstadia van de mens
tegelijkertijd aanwezig in de huidige werkelijkheid.
Ieder lichaam heeft een
eigen doel.
Ieder lichaam geeft precies die ervaringen die een individu
(individueel bewustzijn) op dat moment nodig heeft om te kunnen leren,
groeien en ontwikkelen.
Ieder individu op zijn of haar eigen tempo volgens
een precies bij dat individu passende serie ervaringen.
Het ene lichaam is niet beter dan het andere. Ze zijn allemaal precies goed.
Ieder jaar weer verschijnen er nieuwe rupsen, of sprinkhanen zonder vleugels
die wel kunnen springen maar niet vliegen.
Dit voorstadium is
noodzakelijk om te kunnen transformeren in een volwassen stadium mèt vleugels
waarmee ook de ijlere lagen van onze werkelijkheid en leefgebieden die buiten
ons directe gezichtsveld liggen op eigen kracht kunnen worden bereikt.
Deze ontwikkelingsstadia van de mens kennen ieder een eigen
ontwikkelingsweg.
Via een transformatieproces wordt de overgang gemaakt naar het volgende
ontwikkelingsstadium.
Bij de vorige collectieve overgang naar het ontwikkelingsstadium 'bezield
mens' (tienduizenden jaren geleden, Lemurië/Atlantis) is er van alles mis
gegaan. O.a. veroorzaakt door het idee dat iedereen tegelijkertijd moet
transformeren naar het volgende stadium.
Er werden kunstgrepen bedacht en toegepast om ook
degenen die nog niet klaar waren mee te nemen naar het nieuwe
ontwikkelingsstadium.
De sporen die dat heeft nagelaten in onze samenlevingen
zijn nu nog zichtbaar.
De negatieve gevolgen van die keuzes zijn nu allemaal hersteld. We hebben
geleerd van die fouten. Ditmaal wordt het individu niet gelijk gesteld
aan het collectief, maar wordt rekening gehouden met de individuele
verschillen.
Vanaf nu wordt het individu gerespecteerd en wordt ieder
individu optimaal ondersteund bij het eigen, zelfgekozen individuele
ontwikkelingsproces. Zowel degenen die een langzame weg hebben gekozen als
degenen die de snelste weg willen nemen.
Dit zal in de samenlevingen zichtbaar worden.
Om een mens adequaat te kunnen ondersteunen is het echter wel belangrijk
om te weten in welk ontwikkelingsstadium dat mens zich bevindt.
Zo is het bijvoorbeeld belangrijk om te weten of een mens gedreven wordt door
het menselijke bewustzijn of door het zielsbewustzijn.
Beide kunnen iets heel sterk willen. Dat wordt vaak geïnterpreteerd als een 'groot ego hebben'.
De mens die functioneert vanuit het menselijk bewustzijn wil echter vooral iets voor zichzelf.
En als het past voor zichzelf dan wil hij of zij ook wel iets voor anderen.
De mens die functioneert vanuit het zielsbewustzijn, wil iets omdat het past binnen wat iedereen wil dus
ook wat hij of zij zelf wil.
Iemand met een menselijk bewustzijn die zichzelf opblaast tot een groot ego
of zichzelf juist heel klein maakt om zich te kunnen handhaven binnen zijn of
haar leefomgeving kan problemen geven in de samenleving.
Een groot zelfbewustzijn met een sterke wil en ook het je willoos mee laten voeren met
anderen, is daarentegen een vereiste om goed te kunnen functioneren vanuit het zielsbewustzijn.
De zin 'Ik wil' zegt helemaal niets over het ontwikkelingsniveau van een mens.
Zo is het bijvoorbeeld ook een groot verschil of een mens zijn of haar
ideeën bedenkt met de menselijke geest en/of overneemt uit door de hersenen
gegenereerde gedachten, of dat dit mens ideeën krijgt uit het gebied van de
Geest buiten tijd en ruimte (bewuste intelligentie).
In het eerste geval zijn
de ideeën beperkt tot de zichtbare, fysieke wereld en kan er een toevallig
verband bestaan met de onzichtbare wereld. Vaak zijn het onrealistische
ideeën.
In het tweede geval is het een idee dat in lijn is met zowel de
zichtbare als de onzichtbare wereld waardoor de ideeën gericht zijn op een
toekomst die in lijn is met de natuurlijke ontwikkeling van het leven. Dit
zijn altijd realistische ideeën.
Bij het transformatieproces van Mens naar Bezield mens moet de menselijke wil in lijn gebracht worden met de hogere wil en bij het transformatieproces van Bezield mens naar Bewust bezield mens moeten de hersenen gaan werken met zowel de hogere intelligentie van de Geest als de menselijke geest, waarbij de menselijke geest in lijn gebracht is met de hogere intelligentie.
In de huidige samenleving wordt geen rekening gehouden met deze
natuurlijke langere termijn ontwikkeling van de mens en dat heeft tot gevolg
dat de mogelijkheden van bezielde mensen en van bewust bezielde mensen worden
afgewezen en onderdrukt.
Bezielde en bewust bezielde mensen kunnen zich in de
huidige samenlevingen niet tot onvoldoende ontplooien. Degenen die zich wel
ontplooien doen dat volledig op eigen kracht gedreven van binnenuit en tegen
de stroom in en hebben weinig tot geen mogelijkheden om hun volledige
potentieel in te zetten via participatie in de samenleving.
Het zijn deze mensen die, gedreven van binnenuit, vanuit het onzichtbare deel van zichzelf, de noodzakelijke veranderingen in de samenleving zullen gaan realiseren.
Het ontwikkelingspad van de mens kan gebruikt worden als routekaart voor de ontwikkeling van afgescheiden mens tot bewust bezield mens en als leidraad voor het ontwikkelen van een samenleving die ieder mens daar optimaal bij ondersteunt.
De multidimensionale mens kent drie ontwikkelingsstadia:
Afgescheiden mens, Bezield mens en Bewust bezield mens.
Hieronder geef ik een korte beschrijving van deze ontwikkelingsstadia.
De
afgescheiden mens heeft een menselijk bewustzijn waarmee hij zijn fysieke bestaan kan
overzien.
De afgescheiden mens is volledig naar buiten gericht op zijn directe omgeving
in de fysieke wereld.
Deze beperkte focus, dit beperkte bereik, geeft de Mens
de gelegenheid de fysieke wereld goed te bestuderen, ervaren en leren kennen.
Hierdoor weet de Mens alles van de werking van zichzelf, zijn leefomgeving en
zichzelf in relatie tot anderen en die leefomgeving. Wat werkt wel en wat
werkt niet binnen die fysieke wereld en hoe werkt het het beste.
Een volledig ontwikkeld multidimensionaal Mens is meester over alle aspecten van zijn of haar fysieke wereld, wat wil zeggen dat alle aspecten van het leven in hun samenhang kunnen worden toegepast op de beste manier in iedere situatie.
De afgescheiden mens is zich niet bewust van een direct verband met een
onzichtbaar deel van zichzelf (ziel/geest), maar gelooft
vaak wel in een hogere macht die de touwtjes van het leven in handen heeft.
Vaak is de verbinding met de onzichtbare gebieden afgesloten.
De mens kent alleen de fysieke wereld en kent zichzelf via deze wereld.
Het leven 'overkomt' deze mens, omdat hij wordt gedreven door oorzaak
en gevolg, door zijn instinct, door een verdedigingsmechanisme, door emoties, door overtuigingen, door (angst)gedachten en/of door de mensen in de
omgeving.
Het menselijk bewustzijn kan zich een speelbal voelen van
allerlei krachten en is erop gericht zo goed mogelijk te
overleven binnen een wereld vol gevaren.
Soms betekent dat: comfortabel leven
ten koste van anderen.
Of: aanpassen aan anderen en je
onderwerpen aan de wil van anderen.
Maar ook: alleen doen wat je leuk vindt.
De ideeën van deze mens betreffen de fysieke wereld en vaak is 'ik wil' of
'ik wil niet' leidend zonder dit in verband te brengen met wat nodig is of
wat bij iedereen past.
Deze mens leeft om te overleven, om de periode tussen
geboorte en dood zo goed mogelijk door te komen.
De van de mens afgescheiden Ziel maakt het leven wel mee, maar kan er geen
invloed op uitoefenen.
De mens beslist zelf over het eigen leven. De Ziel
leert via de ervaringen van de afgescheiden mens.
Dat heeft de Ziel in het
verleden angstige en zelfs traumatische ervaringen opgeleverd.
Ook de Geest 'ziet' het leven dat de mens leeft en ziet ook alle
mogelijkheden die de mens heeft.
De Geest heeft echter in dit
ontwikkelingsstadium geen enkele invloed op de keuzes die de mens maakt.
Voor
de Geest was dit erg frustrerend, omdat de Geest oorzaak en gevolg kan
overzien van elke keuze terwijl er geen mogelijkheden waren om de mens
een betere keuze te laten maken of de mens betere ideeën aan de hand te doen.
Het menselijk lichaam van de bezielde mens omvat het gebied van zowel de fysieke
werkelijkheid als het tussengebied.
Het menselijk bewustzijn is geïntegreerd met het zielsbewustzijn.
Dat wil zeggen dat de menselijke wil en de hogere wil in lijn zijn gebracht
met elkaar. Wat de mens wil, valt daardoor binnen wat goed is voor iedereen.
De bezielde mens laat zich niet sturen door externe krachten, maar luistert
naar de aanwijzingen van de ziel om de juiste richting te kunnen bepalen.
De ziel heeft het overzicht over zowel het zichtbare als het onzichtbare leven.
De bezielde mens weet dat hij/zij onderdeel is van een geheel en dat hij/zij een belangrijk radertje is binnen dat geheel. Het leven heeft zin.
Om die
rol goed te kunnen uitvoeren is het van essentieel belang dat de bezielde
mens zelf optimaal functioneert en zichzelf in topconditie houdt.
Dat
betekent niet alleen goed zorgen voor het lichaam en de geest, maar ook die
dingen doen die precies bij de individuele kwaliteiten en eigenschappen past.
Niet gedreven door de wil van anderen, maar door het bepalen van zijn of haar plaats binnen het geheel om van daaruit te handelen.
De (energetische) sterstructuur van de Mens is verankerd in de Aarde en de sterstructuur van de
Geest in het Collectieve bewustzijn, waardoor de individuele eigenschappen en
de individuele mogelijkheden in verband kunnen worden gebracht met het geheel
en met anderen binnen dat geheel.
De sterstructuur van de Ziel is verankerd in de hartchakra en heeft de functie van innerlijk kompas.
De bezielde mens is
zich niet alleen bewust van de eenheid van het leven op Aarde en van zijn of haar rol
binnen dit geheel, maar ook van de keuzemogelijkheden in het leven en de gevolgen van
die keuzes voor de leefomgeving.
De mens maakt zich los van de invloeden van
buitenaf door bewust andere keuzes te maken. Keuzes die leiden tot een
duurzame leefomgeving, een leefomgeving die al het leven optimaal ondersteunt.
Het menselijk lichaam van de bewust bezielde mens omvat alle drie de gebieden, het zichtbare, het onzichtbare en het tussengebied en heeft daarmee een bewustzijn waarbij Mens, Ziel en Geest werken als een geïntegreerd geheel.
Niet alleen zijn de lagere en hogere wil met elkaar in verband gebracht, zijn de menselijke eigenschappen in verband gebracht met het geheel en anderen binnen dat geheel, wordt het lichaam in optimale conditie gehouden en wordt alleen daar ingezet waarvoor het geschikt is, maar ook de lagere intelligentie en de hogere intelligentie zijn met elkaar in verband gebracht en de hersenen faciliteren deze samenwerking.
Er is een nauwe samenwerking tussen Mens, Ziel en Geest, ieder vanuit de eigen expertise en vanuit de eigen balans, die ervoor zorgt dat als één van de onderdelen uit balans is geraakt deze balans door een tegenbeweging vanuit de andere delen weer snel wordt hersteld.
De bewust bezielde mens is een stabiele persoonlijkheid die zich in elke
situatie weet te handhaven. Niet omdat deze mens nooit uit zijn of haar
evenwicht raakt tijdens het doorleven van deze situaties, maar omdat dit
evenwicht weer snel hersteld kan worden.
Dit maakt dat de bewust bezielde
mens de zwaarste uitdagingen op zijn of haar pad aan kan en ook durft
aan te gaan.
De bewust bezielde mens is zich
bewust van zijn of haar rol en verantwoordelijkheid als mede-schepper en van
zijn of haar mogelijkheden en vaardigheden om de kwaliteit van het leven te
verbeteren via co-creatie.
Hij of zij maakt gebruik van de mogelijkheden van
het hele gebied binnen en buiten tijd en ruimte en brengt deze mogelijkheden
bewust met elkaar in verband om het leven de gewenste kant op te sturen,
rekening houdend met de verschillende ontwikkelingsstadia van iedereen.
De ontwikkeling van baby naar volwassene/oudere vindt plaats binnen één
mensenleven en is
daardoor voor iedereen duidelijk zichtbaar.
Samenlevingen faciliteren de
verschillende stadia van dit ontwikkelingsproces.
De ontwikkeling van de multidimensionale mens bestrijkt echter een langere termijn dan een fysiek
mensenleven en is daarom bijna niet zichtbaar binnen een mensenleven. Dat is
de reden waarom samenlevingen niet zijn ingericht om dit langere termijn
ontwikkelingsproces te ondersteunen.
Veranderingen die ervoor zorgen dat
samenlevingen naast de korte termijn ontwikkeling ook het langere termijn
ontwikkelingsproces kunnen ondersteunen zijn daarom noodzakelijk.
Bedrijfsgegevens:
Praktijk Cisca de Lint
Dolfijnpark 4
2983 AZ Ridderkerk
T: 06-29236792
E: info@praktijkciscadelint.nl
KvK: 24462049
Diversen:
Privacyverklaring
Website: Praktijk Cisca de Lint
Website: De Magische Weg